Klik hier om terug te keren naar de
Startpagina van de artikelen en hoofdmenu! |
4 mei 2000, Dodenherdenking in Westerbork
Ik zat thuis. Ik was
rusteloos. Ik zat niet lekker mijn vel. Ik had een vaag onrustig gevoel van
binnen. Het leek of ik mijn ei niet kwijt kon en geen stilte in mezelf kon
vinden.
Om dit gevoel kwijt
te raken besloot ik een vriendin te bellen, om te kijken of we iets af konden
spreken. Misschien kon dat mijn onrust verzachten.
Aan de andere kant
van de lijn werd me verteld dat ze op het punt stonden om naar Westerbork te
vertrekken, om daar de dodenherdenking mee te maken. Ik was daar nog nooit
geweest, maar ik mocht wel mee. Op dat moment voelde ik ineens een kou langs me
heen gaan en er kwam een onverklaarbaar diep verdriet in mij omhoog. Eigenlijk
wist ik hierdoor niet goed of ik wel of niet mee moest gaan, maar besloot toch
mijn diepere gevoel te volgen dat zei dat ik daar moest zijn vanavond.
Ik werd opgepikt met
de auto en samen reden we richting Westerbork.
Eerst was het wat
gezellig bijkletsen, maar op een gegeven moment ontstond er plots een wat
geladen en drukkende sfeer. Dit had niet zozeer met ons te maken, als wel met
de plaats waar we naartoe gingen. Dat konden we allemaal voelen.
Het was erg druk bij
Westerbork en het was moeilijk om de auto kwijt te raken. Hierdoor moesten we
een aardig eind lopen (wel lekker door het bos) om bij het kamp te komen.
Alhoewel we stevig
doorliepen, konden we niet voor 20.00 uur bij het monument zijn voor de
herdenking. We kwamen vlak voor 20.00 uur aan bij het appél terrein en
besloten daar te blijven, terwijl we andere mensen nog door zagen hollen
richting het monument. We voelden ook dat we toch eigenlijk hier moesten zijn,
dus dat kwam mooi uit. We waren ook de enigen die hier bleven. Bij het monument
was het gigantisch druk. Dat konden we in de verte wel zien.
Mijn hart bonkte in
mijn keel toen we aankwamen bij het appél terrein. Ik wijtte dit aan het snelle
lopen. Ik zette 1 voet op het bestraatte terrein en voelde direct dat dit niet
de bedoeling was. Dus stapte ik direct weer achteruit en ging zitten naast dit
terrein op een plek waar mijn gevoel me heen leidde.
Ik zat heel rustig
in het licht van de zon en merkte dat ik voor het eerst vanavond wat rustiger
werd van binnen. Ineens werd ik me ook bewust van de ontvankelijke staat waarin
ik eigenlijk verkeerde op dat moment. Ik kon me steeds meer ontspannen. Dit
alles gebeurde in ongeveer een halve minuut.
Toen begonnen de
klokken bij het monument te luiden, de inleiding op de 2 minuten stilte, en ik
zakte spontaan ineens weg in een soort diepe trance. Vanaf dat moment kreeg ik
niks meer mee van wat er om me heen (in het hier en nu) gebeurde.
Ik zag ineens direct
dat de tegels van de appél plaats verdwenen waren en plaats hadden gemaakt voor
houten planken/ platen, een soort vlonders.
Direct hierna hoorde
ik de fluit van een oude stoomtrein en hoorde en zag ik een oude
stoomlocomotief met houten wagons aan komen rijden. Op welke plek dat precies
was ten opzichte van de plek waar ik zat weet ik niet precies.
Ineens veranderde
het beeld en zag ik allemaal mensen/ gevangenen die in de trein geduwd werden.
Dit ging niet bepaald zachtzinnig, maar er werd gebruik gemaakt vamn stokken en
agressieve herdershonden. Hele groepen mensen werden tegelijkertijd in de
houten veewagons gedreven. Er was geen zorg voor degenen die vielen door het
gedrang. Zij werden gewoon onder de voet gelopen. Ik hoorde allerlei verschillende
talen (o.a. Nederlands en Duits) en het was een hoop lawaai, geschreeuw en
gesnauw.
Het was heel erg
pijnlijk om deze beelden te zien. Dit raakte me diep.
Toen voelde ik plots
een kleine kinderhand, die mijn hand vast greep. Het was niet te zien of het een
jongetje of meisje was wat me vast pakte, maar het kind had kort zwart haar en
zag er armoedig, verhongerd en vermoeid uit. Het kind bleef aan me trekken en
zei; ‘Jij moet ook mee’.
Dit raakte me diep
emotioneel.
Het kind bleef
trekken en herhaalde steeds deze zin. Dit was zeer aangrijpend en de eerste
tranen begonnen op te komen.
Ineens hoor ik een
klein meisje van een afstand roepen ‘Mammie, mammie, kijk een engel!!!” ze
trekt hierbij aan moeders rok en wijst naar mij. De woorden blijven brandend
achter op mijn trommelvlies…
Nog een keer roept
ze, haar moeder schenkt er geen aandacht aan en sleurt haar kind mee richting
wagons.
Verschrikt van deze
uitspraak en zeer geëmotioneerd blijf ik achter. Deze zin zal me de rest van de
avond blijven achtervolgen. Deze ene zin…….die me raakte tot in het diepst van
mijn ziel. En ik zal deze woorden nooit vergeten, zolang ik leef. Sterker nog,
als ik terug denk aan deze ervaring, hoor ik ze letterlijk nog!
Dit raakte zo enorm,
iets diep in mij. De tranen stroomden me over mijn wangen.
Ineens wordt ik me
langzaamaan weer iets bewuster van mijn omgeving. Ik hoor voetstappen in mijn
richting komen.
Na een paar tellen
open ik mijn ogen en merk op dat de herdenking schijnbaar al even is afgelopen.
De lange rijen mensen zijn al bijna helemaal teruggelopen vanaf het monument
naar de plaats waar wij zitten.
Ik hoor van mijn
vrienden dat de klokken ook alweer een aantal minuten luiden. Hier heb ik niks
van mee gekregen.
Geheel ontroerd en
onder de indruk, in eerste instantie niet in staat om te spreken, blijf ik
rustig zitten om bij te komen. Er komen steeds meer mensen naar het terrein
waar we zitten. Het valt me op dat veel mensen me even aankijken.
Ik ga even later op een
bankje zitten, 5 meter verderop. Wanneer ik even later opzij kijk naar waar ik
eerder heb gezeten, zie ik plots dat daar een grote witte Lichtstraal uit de
aarde komt. Ik voel hierbij ook een enorme kracht. Het hoe en waarom daarvan
vraag ik me op dat moment niet af. Ik ben nog te diep geraakt.
Toen alles wat was
afgezakt hebben we samen nog een stukje over het terrein van Westerbork
gelopen. Toen bleef het gelukkig even relatief rustig wat betreft indrukken en
waarnemingen. Bij het monument wordt ik licht beroerd. Ik merk op dat ik toch
nog in een wat andere bewustzijnstoestand rond loop, maar ook meer in mezelf
ben, wat de ontroering van eerder deze avond vast houdt.
Ongeveer een half
uur later kon ik pas over mijn ervaring praten, en hierbij voelde ik me opnieuw
diep geraakt. Ik voelde de ervaring weer even diep als toen ik het werkelijk
beleefde. Het stemmetje van het meisje bleef maar door mijn hoofd galmen.
Mijn vriendin
vertelde dat ze soortgelijke ervaringen van mij al verwacht had op deze plek,
omdat ze zei dat er op ‘zo’n stralend Licht’ wel zielen zouden moeten reageren.
Ook had ze van te voren al gehoopt dat ik hier een stukje healing zou mogen
komen brengen.
Wanneer we terug
lopen richting de auto, komen we nogmaals langs de appel plaats. Mijn vriendin
zegt dat ze het gevoel heeft dat we hier nog even moeten blijven staan. Dat
‘ze’ nog iets willen zeggen. Vrij vlot daarop hoor ik ook de woorden; ‘Bedankt!
Bedankt dat jullie ons in ere houden! Bedankt! Bedankt voor het Licht’. Ik zie
hierbij een groepje ‘mensen’ staan, gekleed in lompen. Ze zien er vies en
ondervoed uit.
Ook mijn vriendin
kreeg een soortgelijke waarneming en woorden.
Bij het verlaten van
het kamp hoorde zij nog; ‘bedankt voor het vertrouwen!’
Wanneer we terug
lopen door het bos, draaien mijn vriendin en ik zich op een gegeven moment
onverwacht tegelijkertijd om. Beide hadden we tegelijkertijd voetstappen
gehoord achter ons, en ook beide hadden we het gevoel gehad dat iemand ons
dicht van achteren naderde. Toen we ons omdraaiden was er niemand.
We konden er
gelukkig samen om lachen, dat we beide hetzelfde ervoeren en tegelijkertijd
reageerden.
Alle drie hadden we
gedurende ons bezoek aan het kamp een enorm droge mond en keel gehad. Pas toen
we zo’n 15 km. Van Westerbork af waren, werd dit minder, terwijl we niks te
drinken hadden gehad. Het heeft waarschijnlijk te maken gehad met de dorst die
de mensen in het kamp hebben gehad.
Dit was weer een
zeer intense en diep ontroerende ervaring.
Ik was blij dat er
mensen bij me waren die dit soort ervaringen kunnen begrijpen. Het was fijn om
dit samen te kunnen delen. Dat is heel waardevol….
En het verhaal gaat
verder……. Niet in Westerbork, maar thuis.
Wanneer ik ’s avonds
thuis kwam ben ik direct mijn ervaring gaan opschrijven. Halverwege het
schrijven wordt ik gestoord door het gevoel van een aanwezigheid in de kamer.
Zodra ik me hierop concentreer zie ik een jongen van ongeveer 14 jaar staan.
Hij is gekleed in lompen, broodmager en heel vuil. Hij is vrij lang van
postuur. Direct ook hoor ik hoe hij zich voorstelt als; Johan.
Ik vertel hem dat ik
‘m in het Licht zal zetten, opdat hij zijn eigen Licht mag ontdekken.
Ik heb een
bergkristal in mijn hand en intuïtief hef ik deze hand op in zijn richting.
Ineens zie ik achter
de jongen een vrouw (met een hoofddoek om) verschijnen en een lange, magere
man.
Ook zie ik veel
Licht naar hen toe stromen.
Dan verschijnt er
plots een Lichtwezen (een figuur van stralend, puur, wit Licht). En er
verschijnt een soort lichtende weg naar een soort lichtende poort. Het
Lichtwezen leidt deze 3 zielen over de brug naar de Lichtpoort.
Halverwege draait de
jongen zich om en zwaait. Het voelt als een bedankje.
Dan langzaam
verdwijnt de brug en poort van Licht en ben ik weer alleen in mijn kamer…
Met een gelukzalig
en tevreden gevoel ga ik verder met mijn bezigheden.
In verwondering,
respect, ontroering en diepe dankbaarheid voor zulke mooie ervaringen en het
Lichtwerk dat ik heb mogen doorgeven.
©Willemien Timmer
4 mei 2000