Wat je vindt mag je houden
Het gewonde ego, gewonde innerlijk kind en alle mogelijke overleef strategieën die wij rijk zijn vinden nogal eens wat.
Hoe makkelijk is het om vanuit eigen oordelen te kijken, te (ver)oordelen en ook te verwonden?
Daar waar we geraakt zijn in een eigen pijnstuk vernauwd het bewustzijn zich. Beperkt het zich tot de ruimte die de betreffende wond geeft en kleurt het perspectief dat we hebben.
Vaak is dat niet een neutraal, wijd en ruim bewustzijn. Het is immers gekleurd door een wond of pijnstuk.
Vaak is dat gebaseerd op ego bevindingen, angst, eerdere pijn en niet op een verruimd hart bewustzijn met compassie of dieper gevoelsbegrip.
Innerlijk ongeheelde stukken kleuren je perceptie
Onze innerlijke ongeheelde wonden, emoties, ervaringen kleuren onze overleefstructuren en houden deze in stand. Zetten ze zelfs op ‘aan’ ook daar waar er feitelijk geen dreiging tot pijn aanwezig is.
De zelf ondermijnende factor van ongeheelde pijnstukken kan bijzonder destructief zijn.
Daar waar ‘niets’ is, kan de ongeheelde pijn er ‘iets’ van maken.
Projectie
Projectie is een gek ‘ding’ wat veelvuldig zorgt voor het aanzetten van overleef strategieën die veelal niet dienstbaar zijn voor het bevorderen van harmonie, verbondenheid, vriendschap, etc.
Het werkt ondermijnend op allerlei vlakken en trekt in feite enkel meer ongeheelde pijn naar de oppervlakte om (opnieuw of dieper) doorleefd te worden.
Projectie is een onbewust overleefmechanisme waarbij onbewuste of verdrongen emoties van jezelf op de ander geplakt worden. Bedoeling daarvan is om de eigen wonden en of negatieve emoties niet te hoeven voelen. Terwijl het tegelijkertijd juist de al aanwezige en ongeheelde wonden openrijt en bloot legt.
Door de ‘schuld’ buiten jezelf (bij de ander) te leggen denkt onbewust ego dat de eigen pijn en schaduwstukken niet aangekeken hoeven te worden.
Bij projectie wordt je onbewust geleid door je negatieve emoties, die zich eigenlijk juist aandienen om te kunnen helen.
Degene die je triggert is vaak degene die de projectie toegekend krijgt.
Degene die je ongeziene wond triggert, helpt je in feite je ongeheelde emoties of overtuigingen onder ogen te komen. Diegene hoeft dit niet eens bewust te doen. Het gebeurd in de interactie met elkaar.
We spiegelen elkaar en elkaars onbewuste wonden, emoties, patronen en overtuigingen.
In die zin helpen we elkaar bewust worden van wat er nog onder de oppervlakte leeft en niet resoneert met de grotere waarheid van je Ziel.
Hoe groter de emotie is die gezien wil worden, hoe groter de projectie. En des te heftiger vaak de afweerreactie is die vrij komt.
Zit er bijvoorbeeld een diep verlangen, maar tevens angst, naar verbondenheid in je wezen. Maar heeft het ego of innerlijk kind hier verwondingen van opgelopen (bijv. In de steek gelaten worden), dan kan zo’n onbewust deel in jezelf aardig opstandig worden op het moment dat het een stuk verbondenheid vindt of ervaart.
Het ‘het is te mooi om waar te zijn’- principe gaat dan innerlijk onbewust in werking en zwengelt het afweermechanisme aan.
De zelfsabotage gaat dan in werking waardoor je de ander die die verbondenheid laat voelen, van je af gaat drijven.
Simpelweg omdat er een onbewuste overtuiging onder ligt als: ik ben het niet waard. Of: De ander zal me toch wel weer laten vallen (emotie gebaseerd op eerdere pijnlijke ervaringen).
Het afweermechanisme zet de ander dus direct weer op afstand, zodat die pijn die je onbewust koppelt aan verbondenheid, niet gevoeld wordt.
Die pijn wordt echter niet door de ander veroorzaakt. Maar was allang in je onbewuste aanwezig. Deze wordt enkel in elkaars aanwezigheid belicht en naar voren gehaald. Als een reminder van je eigen bewustzijn: dit pijnstuk wil graag geheeld worden, want het dient je groei niet (langer).
Omdat het onbewust ongeheelde deze pijn liever niet (opnieuw) wil voelen, is het dus makkelijker om de ander weg te zetten, op afstand te houden, dan die ander toe te laten in je hart, waarbij je geconfronteerd wordt met je eigen ongeheelde pijn.
Projectie is onlosmakelijk verbonden met reflectie
Op het moment dat je niet in verbinding bent met je emoties, wonden of in staat bent om jezelf te reflecteren, kom je al vrij gauw uit in projectie.
Het is hét afweermechanisme om je eigen pijn, negatieve emoties of overtuigingen niet te hoeven erkennen als deel van jezelf.
Soms lijkt het zelfs ronduit makkelijker om de ander de schuld te geven dan jezelf aan te kijken.
Diepe angst om je Zelf echt aan te kijken speelt daarbij een rol.
Het aankijken en erkennen (toestaan van) dergelijke wonden is dan nog te spannend. De angst om de pin opnieuw te voelen is te groot. Terwijl het wel de weg is naar bewustwording én heling ervan.
Toch kan het voorkomen dat er eerst een ‘spel’ van projectie ‘gespeeld’ blijft worden, net zo lang tot iemand er aan toe is om zichzelf wel eerlijk aan te kijken. Pas dan kunnen negatieve emoties, wonden, pijnstukken en beperkende oude overtuigingen omgekeerd en geheeld worden.
Het ‘spel’ wat we met elkaar ‘spelen’ in verbinding met elkaar is bedoeld om elkaar te helpen groeien.
Mens-zijn en vooral de gewonde en onbewuste delen daarvan echter zijn vaak een meester in het ontkennen daarvan, het wegvluchten daarvoor of het weg duwen daarvan. Niet bewust, vaak niet moedwillig, maar puur uit onbewust zelfbehoud.
Zowel naar medemensen als naar het Goddelijke wordt er vaak tegenwoordig op los geprojecteerd. (Zie ook dit artikel )
Heling
De weg naar heling ligt echter in het omdraaien van projectie naar (zelf)reflectie. Het aankijken, erkennen en omarmen van de eigen gewonde delen. Zodat deze weer thuis kunnen komen vanuit je onbewuste pijnlagen, in je hartgedragen bewustzijn.
Dat is soms een lange, ingewikkelde weg die moed, vertrouwen én overgave van je vraagt.
© Willemien Timmer, 26-4-2023